Thursday, May 13, 2010

Mario Vargas Llosa - Death In The Andes (Faber And Faber, 1996) ****

Toegegeven, ik ben een echte fan van Mario Vargas Llosa, maar dat betekent niet dat ik alle elf romans die ik van hem las, ook schitterend vond. Zijn biografie van Gauguin ("The Way To Paradise") kan gerust genegeerd worden, maar "The War Of The End Of The World" en "The Feast Of The Goat" zijn absolute aanraders. Dit boek beschrijft het leven van enkele Peruaanse soldaten die in een dorp in de Andes een moordzaak moeten onderzoeken, maar ondertussen verwikkeld worden in de complexiteit van de lokale samenleving, de dreiging van Sendero Luminoso guerilla's die in de bergen verscholen zijn en de arbeiders van de vlakbij gelegen mijn.

Vargas Llosa beschrijft, net zoals in zijn vorige romans "The Real Life of Alejandro Mayta" en "Who Killed Palomino Molero?", het leven van de doorsnee Peruaan, maar dan gevat in een krachtige plot, sterk gedoseerd, hard bij momenten, wreed soms ook, maar ook met veel liefde voor de personages en de samenleving die hij oproept. Maar naast dit alles is hij natuurlijk een geboren verteller, die je weet te pakken van bij het begin en je niet meer loslaat.

Michael S.A. Graziano - The Divine Farce (Leapfrol Press, 2009) *

Nog maar eens geld weggegooid. Dit flutboekje kreeg nogal wat positieve kritiek, inclusief van "Publishers Weekly", maar het stelt eigenlijk weinig voor. Het verhaal is dat van mensen in een soort hel, zonder ruimte, water of voedsel, in een context die stilaan evolueert en waar Graziano er maar op los fantaseert en een plot ontwikkelt die rechtlijnigheid en spanning mist. Naast verlies aan geld, betekent het ook verlies aan tijd. Te mijden.

F. Scott Fitzgerald - The Great Gatsby (Scribner, 1925) ***

Eén van de grote werken van de Amerikaanse literatuur. De "great" Gatsby, de buurman van de jonge ik-figuur, is een zeer rijke man, met een nogal onduidelijke en tevens ethisch twijfelachtige beroepsactiviteit, die feestjes geeft met sterren en andere prominenten. In het kort : zijn huis is the-place-to-be en de jonge Nick Carraway kijkt heel sterk naar hem op. Gatsby heeft succes bij de vrouwen, is hoffelijk en vrijgevig, maar na een vermoeden dat er iets schort, valt op het eind de schijn volledig weg, in een vrij plotse ontknoping. Hoewel de roman best leuk om lezen is, kan je enkel vaststellen dat de kwaliteit van de schrijvers vandaag zoveel sterker is, zowel in de ontwikkeling van karakters, plot als op het vlak van stijl en toon. Vandaag een leuk tussendoortje.

Rupert Thomson - Death Of A Murderer (Vintage, 2008) **

Enkele jaren geleden had ik zijn "Earth & Fire" gelezen, een boek dat me best meeviel, ondanks de wat artificiële opbouw en cerebrale aanpak. Zijn "Death Of A Murderer" is vooral dat laatste. Een politieagent moet een ganse nacht de wacht houden bij het lijk van een kindermoordenares die na tientallen jaren in de gevangenis van ouderdom gestorven is. Tijdens zijn nachtelijke wake sluipen herinneringen aan zijn leven het verhaal binnen, evenals de fantasieën over de moordenares die door het duister worden ontlokt. Zijn herinneringen zijn weinig interessant en slecht uitgewerkt. De fantasieën inspiratieloos. Het geheel is ook zeer gekunsteld geschreven. Geen stijl, geen toon. Niks aangrijpends.

David Flusfeder - The Gift (Harper & Collins, 2003) ***

Dit boek meegegrist uit De Slegte, aangemoedigd door de lovende citaten van Will Self op de cover. Het boek start goed, in een redelijk welgesteld artistiek en filosofisch gezin, maar de vader wordt getormenteerd de waarde van geschenken die hij geeft en krijgt, vrezend dat hij moet onderdoen voor de anderen, en daardoor eigenlijk zijn minderwaardigheid belklemtoont, zijn gebrek aan ideeën zijn creativiteit. Hij is een scenarioschrijver in spe, die zijn tijd inkomsten verdient door het vertalen van de handleiding van een Koreaanse broodmachine.

De roman begint sterk, maar kan die aanvankelijke belofte niet hard maken. Wat een goed concept leek - het elkaar overtroeven met geschenken - wordt op de duur dusdanig overdreven dat elk gevoel van realisme verdwijnt en het bijna kolderesk wordt. En saai op de koop toe. Maar het begin is sterk, ook de relatie met zijn vrouw en kinderen wordt aanvankelijk perfect geschetst. Maar daar ben je natuurlijk weinig mee.

Annie Proulx - Fine Just The Way It Is (Fourth Estate, 2008)

Ik heb indertijd genoten van haar "Accordion Crimes", "The Shipping News" en "Postcards", alle drie gemakkelijke aanraders. Proulx is een rasverteller, die mensenlevens in elkaar verweeft dat het een plezier is. Eén van haar sterktes is de kracht en echtheid van de personages. Geen bordkartonnen figuren, maar mensen van vlees en bloed, met hun tekortkomingen, hun angsten, maar ook met hun grootmoedigheid en doorzettingsvermogen.

Dit boek heb ik weggelegd na een tijdje. Het zijn kortverhalen, maar ze boeiden me niet. Haar romans zijn beter. Als het op kortverhalen aankomt, geef mij dan maar Raymond Carver.

Bret Easton Ellis - Less Than Zero (Vintage, 1985) ****

Dit is de eerste roman van de auteur van glitter-en-glamour-wereld en meteen een schot in de literaire roos. De roman beschrijft de paar weken die een student meemaakt die terug op vakantie is bij zijn ouders in Hollywood. Het boek beschrijft op onwaarschijnlijke manier de intellectuele en more leegte bij jongeren van schatrijke ouders. Ze hebben alles, drijven van de ene party naar de andere, van het ene liefje naar het andere, snuiven nogal wat tussendoor. Niets interesseert hen en niets boeit of fascineert hen nog. Maatschappelijk wrakhout, maar dan van het soort dat niets ontbeert. De manier waarop Ellis dit leven beschrijft, is absoluut meesterlijk. De horror van het bestaan, anders belicht.

Saturday, December 26, 2009

Thomas Pynchon - Inherent Vice (Penguin, 2009) ****


In short: a hippie detective novel, drenched in weed and complot-theory paranoia, with the necessary film noir ingredients. It is without a doubt the most accessible of all Pynchon novels, which doesn't mean he has become a kind of mainstream writer. To wit : the average length of his sentences are ... normal, with some exceptions. The language is of course full of early seventies slang and fashion lingo, but still relatively normal. The characters: well, although they're not your usual dective novel inhabitants, they're not too far off either : the bad guys, the cops, the good guys, informants and several with a very uncertain quality. The length : normal, 369 pages in the hardback edition.

The plot? Well, the plot is Pynchon 100% : ex-girl friend shows up to tell hippy detective Doc Sportello that her current lover, the rich land-developer Michael Wolfman will be kidnapped. Then things happen in short succession: people get killed, witnesses disappear, Sportello becomes a suspect, the mysterious organisation "The Golden Fang" appear, a dead saxophonist re-appears, etc. All this against a background of dope, mystery, rock music, surfing, ESP, Charles Manson, Ouija boards, and some gambling.

Appreciation : like many Pynchon novels : a treat, a pleasure to read his wonderful sentences and dialogue, the balance between plain fun, cynicism and criticism of society and human nature. The major Pynchon themes come back : paranoia, the corruption of power, be it elected, through money or otherwise generated, sex-crazed girls, absolute evil, and absurd madness - in the adventurousness, the fight scenes, the car chases.

Anyway, the usual fun. Especially the great dialogues between Doc Sportello and his love/hate relationship with LAPD detective Bigfoot Bjornsen, his counterpart from the world of power.

Here are some nice examples :
"Congratulations, hippie scum," Bigfoot greeted Doc in his all-too-familiar 30-weight voice, "and welcome to a world of inconvenience. Yes, this time it appears you have finally managed into something too real and deep to hallucinate your worthless hippie ass of." He was holding, and now and then taking bites from, his trademark chocolate-covered frozen banana. 
(Sportello:) "Howdy Bigfoot. Can I have a bite?"
"Sure can, but you'll have to wait, we left the rottweiler back at the station". 

or another
"Been doing a little acid, there, Bigfoot?"
"Not onless you mean the stomach variety."

or another one :
"(Bigfoot) nodded at Doc's shirtpocket. 'Mind if I have one of those?"
"You don't want to start smoking, Bigfoot, smoking's bad for your ass."
"Yes, well I wasn't planning to smoke it in my ass, was I??"
"How am I spoze to know that?"

But the description of the drug-related experiences are also quite fun.
"On certain days, driving into Santa Monica was like having hallucinations without going through all the terrible trouble of acquiring and then taking a particular drug, although some days, for sure, any drug was preferable to driving into Santa Monica".

Or, being quite high on dope, when he thinks he's dropped of in an exact replica of the place he expects to be in, he stops the first pedestrian he meets :
"Excuse me, sir, I seem to be a little disoriented? could you please tell me if this is by any chance Gordita Beach" as sanely as he could manage, and instead of running off in panic after the nearest law enforcement, this party said, "Wow, Doc, it's me, you okay? you look like you're freaking out," and after a while Doc dug how this was Denis, or somebody impersonating Denis, which, in the circumstances, he'd settle for".

He still writes, although occasionaly these one-page sentences. Or just plain beautiful descriptions, such as this one :

"Later they went outside, where a light rain was blowing in, mixed with salt spray feathering off the surf. Shasta wandered slowly down to the beach and through the wet sand, her nape in a curve she had learned, from times when back-turning came into it, the charm of. Doc followed the prints of her bare feet already collapsing into rain and shadow, as if in a fool's attempt to find his way back into a past that despite them both had gone on into the future it did. The surf, only now and then visible, was hammering his spirit, knocking things loose, some to fall into the dark and be lost forever, some to edge into the fitful light of his attention whether he wanted to see them or not. Shasta had nailed it. Forget who - what was he working for anymore?"

In sum, it's hilarious and still literature.

In any case it is an easy entry point for those who've never read Pynchon, yet not of the same level or scope of "The Crying Of Lot 49", "Gravity's Rainbow" or "Vineland".

You can watch a promotional video for the book with the voice of Pynchon himself. Even we don't know his face, at least now we will recognize his voice, if and when you would cross him on the street .....

Wednesday, December 23, 2009

Jay McInerney - Bright Lights, Big City (Vintage, 1984) ****


Slechts 120 pagina's dik, is dit toch een roman die 25 jaar geleden de literaire wereld beroerde, door de rechttoe-rechtaan schrijfstijl van McInerney, maar ook door het onderwerp : de New Yorkse yuppie die eigenlijk geen flauw idee heeft van de wereld en hoe hij zijn tijd anders kan doorbrengen dan door coke en ander spul te snuiven, en 's nachts de bars en night clubs af te dweilen, om dan overdag overeind te blijven in een op het eerste gezicht begerenswaardige job, maar die bij nader inzien redelijk uitzichtloos is.Gedurende het hele verhaal is hij ofwel high, ofwel dronken, ofwel heeft hij een dusdanig hardnekkige kater dat hij en moet snuiven en best ook wat drank kan gebruiken.

Naast de directe stijl, is ook het gebruik van de tweede persoon voor het hoofdpersonage een mooie stijltruuk, want het geeft het verhaal een wat meewarig gevoel van zelfmedelijden, en dat is natuurlijk wat de jij-persoon voelt, na het vertrek van zijn geliefde Amanda, modemodel van beroep, naar Frankrijk. Zijn lege leven wordt eigenlijk gevuld met cynische kommentaar op de samenleving en het zoeken van genot in drank en drugs. De modewereld, de uitgeverswereld, de media, ... ze moeten het allemaal ontgelden, maar tegelijk gecounterd door al even grote zelfspot, die een groot gevoel van menselijkheid verhult.

Zijn gebalde directe schrijfstijl is toch één van de meest opvallende en onderhoudende aspecten. 

"'Lunch' you say, before you can think better of it. The last time you told Alex you were on your way to lunch you needed a stretcher to get you back to the office."

"You are a republic of voices tonight. Unfortunately, that republic is Italy. All these voices waving their arms and screaming at one another. There's an ex cathedra riff coming down from the Vatican: Repent. Your body is the temple of the Lord and you have defiled it. It is, after all, Sunday morning, and as long as you have any brain cells left there will be a resonant patriarchal basso echoing down the marble vaults of your churchgoing childhood to remind you that this is the Lord's day. What you need is another overpriced drink to drown it out". 

In de metro : "At Fourteenth Street three Rastafarians get on, and soon the car reeks of sweat and reefer. Sometimes you feel like the only man in the city without group affiliation. An old lady with a Macy's bag sitting across from you looks around as if to ask what the world is coming to between these Dracula Jews and zonked-out Africans, but when you smile at her she quickly looks away. You could start your own group - the Brotherhood of Unfulfilled Early Promise".

Zijn typering van het te gemakkelijke meisje op de dansvloer als "the sexual equivalent of fast food" is ook geen slechte.

"Bright Lights, Big City" is leesplezier van begin tot eind, maar het heeft ook diepte.

Tomás Eloy Martinez - Santa Evita (Anchor Fiction, 1997) ****


Het leven van Eva Perón, echtgenote van Argentijns president Juan Perón, spreekt tot de verbeelding, met een opgang van een slecht opgeleid meisje, dan derderangsactrice, tot een heiligenstatus bij de bevolking van haar land, ook nu nog. Er zijn al ettelijke boeken, films, muziek en toneelstukken aan haar gewijd. In dit schitterende boek gaat Tomás Eloy Martinez nog een stap verder. Hij vertelt het verhaal van het gebalsemde lijk van Evita. Na haar dood had Juan Perón aan de Spaanse Dr. Ara gevraagd om haar lichaam op dusdanige manier te bewaren dat er geen verschil merkbaar zou zijn met een slapende persoon. Het is dan ook in werkelijkheid een meesterwerk geworden. Naast het gebalsemde lijk, zouden ook drie replica's zijn gemaakt door de daaropvolgende militaire dictatuur met als doel haar aanhangers op een dwaalspoor te brengen. Het hoofdpersonage in het boek is een kolonel die door het militaire regime wordt opgedragen om het lijk te laten verdwijnen, maar op een manier die geen schade zou toebrengen aan het regime : dus geen officiële begraafplaats, maar ook geen oneerbiedige vernietiging zoals in een blok beton in de zee laten zinken.

De kolonel, Eugenio Carlos de Moori Koenig, weet niet goed wat hij moet doen om het lijk te doen verdwijnen, en hij wordt gedwarsboomd door praktische en politieke moeilijkheden, maar ook door een reeks toevallige omstandigheden, zoals ongevallen, en nog eens ongevallen. Het worden er zoveel dat hij vreest een gelijkaardig probleem te krijgen als Lord Carnarvon met de mummie van Toet Ankh Amon. Hij wordt geobsedeerd en half waanzinnig door de situatie.

Doorheen het gesleur met het lijk, en de politieke spanningen errond, reconstrueert hij ook het leven van Eva Perón, vol gevoel voor kritiek, zowel haar goede als slechte kanten belichtend, met bronnenmateriaal bij de hand. De schrijver komt ook als de ik-figuur tussen in zijn verhaallijn, getuigenissen weergevend van mensen die hij is gaan opzoeken, om details te verifiëren, om meer informatie te hebben, maar zijn tussenkomsten krijgen een soms ambiguë boodschap mee. Is het nu echt of is het nu fictie. Zijn die herinneringen juist, of door de context opnieuw aangepast of zelfs opgedrongen door de mythe die Evita rond zichzelf heeft opgebouwd. Naast getuigenissen, gebruikt hij ook tekstfragmenten, brieven, militaire verslagen, verslagen van de geheime dienst, al dan niet gecodeerd.

Levend of dood, "die vrouw" zoals ze werd genoemd, bleef een niet te vatten en intrigerende persoonlijkheid. Iemand met het hart op de juiste plaats, maar ook onwaarschijnlijk ambitieus en controlerend. Ze betekende veel voor de Descamisados, of de "hemdlozen", de armsten onder de armen, en ze slaagde er ook in om het vrouwenstemrecht tot stand te brengen. Maar in plaats dat de staat de armsten hielp, werd het eerder haar eigen stichting die op een bijna arbitraire manier de lange rijen wachtenden gunsten verleende. Lees meer over haar uitzonderlijk leven op wikipedia.

Eloy Martinez heeft met deze roman, waarin werkelijkheid en fictie bijna niet van elkaar te onderscheiden zijn, een knappe thriller gemaakt, een politiek verhaal, een psychologisch verhaal. Met vele lagen door elkaar geweven, prima gedoseerd en schitterend geschreven.

Absoluut te lezen.

Mario Vargas Llosa - In Praise Of The Stepmother (Faber & Faber, 1990) ***


Een onwaarschijnlijk verhaal dat Mario Vargas Llosa met zijn gekend talent en eruditie tot een goed eind weet te brengen. Don Rigoberto, een kunstliefhebber en hedonist, is net hertrouwd met de mooie Lucrecia, en hun hele bestaan is gericht op fysiek genot. Maar de appel valt niet ver van de boom. De sexuele drang ontwaakt ook bij Alfonso, zijn zoontje, onschuldig en van onbepaalde leeftijd, en wie anders dan zijn stiefmoeder wordt het object van zijn liefde, of noem het eerder "verlangen". Vargas Llosa brengt dit verhaal met een ongekend gevoel van tempo, traag opbouwend, zijsprongen makend door erotische verhalen te verzinnen bij de grote (al dan niet erotische) schilderijen uit de geschiedenis, van Titiaan tot Francis Bacon.

Vargas Llosa gaat geen taboe uit de weg, en dat hebben we natuurlijk graag. Gelukkig wordt het nooit vunzig. Een literaire spielerei.

Arthur Schnitzler - Dream Story (Penguin, 1999) ***


Deze novelle, voor het eerst gepubliceerd in 1926, is een kind van zijn tijd qua denken, maar was zijn tijd vooruit op het vlak van durf en het blootleggen van erotische gevoelens en verlangens. De ik-figuur is een arts die samen met vrouw en dochter in Wenen woont op het eind van de 19e eeuw. Hij wordt 's nachts weggeroepen omdat één van zijn oudere patiënten stervende is. Het wordt een vreemde nacht. De dochter van de patiënt verklaart haar eeuwige liefde, hij ontvlucht haar en komt een hoertje tegen, die hem wel aantrekt maar die hij toch van zich afschudt, hij komt een vroeger medestudent tegen, nu pianist in een bar, die hem uitnodigt om 's avonds mee te gaan naar een geheim bal. Het wordt een lange tocht in de geheimste kamers van de stad, van zijn ziel, van zijn verlangens. Aandachtige lezers zullen al lang de plot van Stanley Kubrick's "Eyes Wide Shut" hebben herkend, een knappe film met Tom Cruise en Nicole Kidman in de hoofdrol. Schnitzler's Traumnovelle is zeker even goed. Knap uitgebalanceerd, vol erotische spanning, die in de tijd van publicatie waarschijnlijk zeer aanstootgevend moet geweest zijn.

Sunday, December 6, 2009

Dave Eggers

 Omdat Dave Eggers "You Shall Know Our Velocity" één van de beste boeken is die ik ooit las, ben ik altijd op de uitkijk naar nieuwe romans van hem. Alleen ben ik sindsdien wat ontgoocheld en ook nu is het niet anders.

Dave Eggers - Zeitoun (Sweeney's, 2009) **½



Zeitoun vertelt het ware verhaal van een Syrische huisschilder die met vrouw en dochter in New Orleans woont tijdens orkaan Katrina. Hij is succesvol in zijn zaken, heeft een gelukkig gezin en is graag gezien in de gemeenschap. Als Katrina over de stad heen raast, blijft hij achter, ook om zijn werven te kunnen blijven controleren terwijl vrouw en kinderen naar veiliger oorden vertrokken zijn. Na de storm, in de overstroomde stad, wordt hij door de politie opgepakt in zijn eigen huis dan nog, en gevangen genomen zonder verdere uitleg, maar het wordt al snel duidelijk dat hij verdacht wordt van terrorisme. Hij is moslim natuurlijk. Het siert Eggers dat hij dergelijke ondemocratische en onrechtvaardige praktijken aan de kaak wil stellen, maar literair stelt het allemaal niet veel voor. Hij heeft teveel respect voor het gezin, dat zo exemplarisch is dat je er van in slaap valt. Het wordt ietwat boeiender als Zeitoun opgesloten wordt omdat je dan onvermijdelijk spanningen hebt, onzekerheid en woede. Eggers vroegere rebelsheid is verdwenen voor een nogal wat saaie politieke correctheid. En dat beïnvloedt natuurlijk ook de schrijfstijl en de gedrevenheid die hem zo kenmerkte.


Dave Eggers - The Wild Things (Sweeney's, 2009) ***


Met "The Wild Things", herschrijft Eggers een kinderverhaal van Maurice Sendak uit de jaren '60. De jonge Max is ontevreden door onbegrip van zijn gescheiden ouders, problemen met zijn oudere zus en haar vrienden, en dan loopt hij weg, of liever, zeilt hij weg en komt terecht op een eiland waar de "wild things" wonen, een groep vreemde schepsels die vaag verwant zijn met ons gekende diersoorten maar dan ook weer niet. Het leuke van de dieren is dat ze buiten verschrikkelijk sterk, ook totaal onvoorspelbaar en irrationeel zijn. Angst, pijn en plezier vloeien door elkaar heen en gaan soms samen of niet. Ze gedragen zich als kinderen maar dan ook weer niet. Er gaat zowel een enorme dreiging van uit maar ook veel tederheid en geborgenheid. Je weet het niet, wat het is irrationeel. Binnenkort komt dit verhaal ook in de bioscoop in een regie van Spike Jonze. Het boek is leuk. Ook voor volwassenen. Maar niet meer dan dat.

Het boek bestaat gelukkig ook in een pelsen uitvoering. 

Rabih Alameddine - The Hakawati (Picador, 2009) ****


Na "I, The Divine" is dit de tweede roman die ik lees van de Libanese schrijver Rabih Alameddine, aangemoedigd door de sterke persoonlijkheid van het personage dat hij neerzette, samen met een zeer originele vertelstructuur.

Maar "The Hakawati" staat op een totaal ander niveau. Het is ambitieus, zeer ambitieus : het is een onwaarschijnlijk weefsel van door elkaar lopende verhaaldraden, tijdsperken, realiteit en fantasie. De titel betekent "de verteller", het beroep van de grootvader van Osama, de ik-figuur, die nu op zijn beurt de traditie verder zet, maar dan op papier.

Het kader van het verhaal is zijn terugkeer naar Libanon waar zijn vader in het ziekenhuis op zijn sterfbed ligt. De ik-figuur is een informaticus die in de Verenigde Staten verblijft.

Deze context is een gelegenheid om de familiegeschiedenis te vertellen, van de vader, de grootvaders en diens ouders, met alle facetten van de Libanese samenleving die daarbij horen : Engels bloed, druzen, moslims, armenen, ottomanen, turken, oorlogen, onafhankelijkheid, en dan uiteraard liefdes en vetes over deze grenzen heen. De grootvader was zelf een verteller, en vele van zijn verhalen komen ook aan bod als de vertellingen van Duizend-en-een-nacht, diepzinnig, soms geestig, altijd onderhoudend.

Naast dat familieverhaal, is er ook nog het lange verhaal van Baybars, de sultan van de Mamelukken die de Franse koning versloeg.

En, alsof het nog niet voldoende is, is doorheen dit verhaal nog het lange fantasieverhaal geweven van Fatima, een jonge slavin, die met een demon trouwt en de meest onmogelijke toestanden meemaakt.

Daar doorheen is er natuurlijk nog het leven van Osama zelf, van zijn jeugd, zijn studies, zijn vertrek naar de Verenigde Staten. 

Je hebt veel tijd nodig om je door deze turf heen te lezen, maar het loont de moeite. Denk aan Rushdie's "Midnight's Children", Jeffrey Eugenides "Middlesex", dit is vertelkunst in de beste traditie : vol fantasie, menselijkheid, geestig en diep.

Tuesday, September 1, 2009

Chuck Palahniuk - Pygmy (Jonathan Cape, 2009) ****

"Pygmy" is zonder enige twijfel Chuck Palahniuks beste roman sinds Fight Club. De ik- hoofdfiguur is een 13-jarig jongetje dat samen met een aantal andere kinderen (Oleg, Magda, Tibor, Ling, Chernok, Mang, Otto, ...) in de VS in gastgezinnen wordt opgenomen, komende van een niet nader genoemde dictatuur die een samenraapsel is van de ex-DDR, Naziduitsland, de Sovjet Unie en China. De kinderen zijn in feite bikkelhard getrainde spionnen/terroristen die de Verenigde Staten hard willen treffen door het ten uitvoer brengen van Operation Havoc. Vanuit deze meedogenloze achtergrond komt Pygmy in een doordeweeks Amerikaans gezin terecht : dikke vader, skeletale moeder, adolescente dochter en puber zoon. Zijn beschrijving van het godvruchtige, hypocriete en valse Amerika is al even meedogenloos.

De grote fun van het boek is de hardheid en taboedoorbrekende manier waarmee Palahniuk zijn onderwerp te lijf gaat, zoals we hem kennen. Net zoals in zijn andere romans, ontwikkelt hij ook hier een creatieve en aangepaste schrijfstijl : het verhaal leest als het verslag van Pygmy aan zijn oversten in zijn land van oorsprong, maar dan in een soort beginneling-Engels, zonder "the", zonder "and", "always" is altijd "forever", "again" wordt steevast als "repeat" geschreven, enz.

Om een voorbeeld te geven : een omschrijving van hoe zijn leven al voorbestemd is om met collega Magda kindjes te verwekken :

"For official record, operative Magda sole state designate reproductive coagent operative me. Forever permanent. Expressive chromosome test establish best premium coagent, assigned from birth, only Magda egg to fertilize. Agent 36 egg apportioned legal property solely operative me copulate. Atop vagina of that operative, noble best duty must lifetime fornicate."

Het hele boek is op deze manier geschreven. Hoewel hard om lezen in het begin, went het taaltje wel. Een hele prestatie overigens van de schrijver, maar het is oneindig grappig, politiek incorrect en tegelijk heel pijnlijk. Want in het gebrainwashte terroristje in spe schuilt ook een angstig jongetje, dat af en toe doorheen de harde façade breekt, en eigenlijk smeekt om affectie en liefde.

Elk hoofdstuk wordt dan nog gelardeerd met citaten van de grote dictators van de geschiedenis, als onderdeel van het gebrainwashte hoofd van Pygmy.

"Adjacent child quotes relentless avatar, demented prophet Adolph Hitler, whisper say, "He alone, who owns the youth, gains the future"".

Of nog

"In secret, voice of operative me say within head, quote benevolent emperor, jovial helmsman Benito Mussolini, say "The history of saints is mainly the history of insane people"".

Of nog

"In secret voice operative me, within head quote jolly monarch, good-natured king Mao Tse-Tung, say "The need to shit after eating does not mean that eating is a waste of time".


Palahniuk zal zeker geen leesvoer zijn voor iedereen, maar dit is een stuk beter dan sommige van zijn vorige schrijfsels.

Mohsin Hamid - The Reluctant Fundamentalist (Harcourt, 2008) ****

Mohsin Hamid is een Pakistaan die in de VS studeerde, en dan nog wel aan Princeton én Harvard. Een man met hersens dus die Amerika goed kent, maar ook de Islamwereld. Zijn boek brengt zijn visie over 9/11, maar dan eerder over de reactie van de Amerikanen op het gebeuren. Het boek is ook letterlijk gericht aan "de" Amerikaan, in de persoon van de anonieme "jij"-figuur met wie hij in Lahore kennismaakt en met wie hij tijdens een kopje thee in een café en nadien een etentje de schijnheilige houding van de VS tegenover de rest van de wereld aankaart, maar dan vanuit een genuanceerd en niet-agressieve houding. De ik-persoon vermengt nederigheid met trots en nuance, op een prachtige, maar vooral handige manier om de Amerikaan niet tegen de borst te stuiten en hem vooral te verplichten om zijn ganse verhaal te aanhoren. Zijn politieke boodschap wordt ingebed in een mooi en droevig verhaal over zijn onmogelijke liefde voor een Amerikaanse die het overlijden van haar vriend aan het verwerken is, en zijn werk als consultant in een "valuation firm", dat de activa van bedrijven moet berekenen voor verkoop of acquisitie.

Zijn visie is grotendeels de mijne (my two bit opinion). Van de vele Amerikaanse collega's die ik heb, zijn er weinigen, om niet te zeggen geen, die op een genuanceerde manier het perspectief van de rest van de wereld kunnen vatten. "If you're not with us, you're against us", heb ik al zo vaak gehoord, een dwaze uitlating als je mij vraagt. Ook Obama, van wie iedereen een ander perspectief verwachtte, begrijpt het niet, als hij het heeft over de belangrijke rol van de VS in de wereld, het model, het voorbeeld dat ze moeten zijn. Waarom? Dat ze eerst orde in eigen huis herstellen alvorens te moeten denken dat hun waarden beter zijn dan die van de rest van de wereld. Of om het Hamid te zeggen "No country inflicts death so rapidly upon the inhabitants of other countries, frightens so many people so far away, as America. I was perhaps more forceful on this topic than I intended".

Hamids boek biedt geen grote literatuur, maar hij heeft de fantastische verdienste om op een onderhoudende en vooral indringende manier de Amerikanen een spiegel voor te houden, en dat op een zeer genuanceerde, menselijke, onderkoelde en warme manier tegelijk.

De respons op het boek in de VS was dan ook zeer groot. "Unsettling", "subversive", waren enkel van de kommentaren. Let's hope so.

Michelle de Kretser - The Lost Dog (Vintage, 2008) **

Deze roman raakte op de longlist van de Man Booker Prize 2008. de Kretser heeft een zeer eigen schrijfstijl, waarin elke zin doorwrocht is, iets te veel naar mijn zin, net zoals de roman zelf, die bestaat uit een vlechtwerk van verhaallijnen die over generaties, plaats en tijd door elkaar getrokken zijn, op een zeer verfijnde en clevere manier. De hoofdpersonages leven in het Australische academisch en artistiek milieu, als een melting pot van verschillende culturen, achtergronden en visies. Het heeft zijn leuke momenten, maar het overdreven maniërisme en een overdreven neiging om KUNST te willen maken en ARTISTIEK te willen zijn, hebben mijn apetijt om verder te lezen doen verdwijnen. Schrijfster met mogelijkheden. Nu graag wat meer eenvoud en minder pose.

Steven Hall - The Raw Shark Texts (CanonGate, 2009) ***

Fantasierijke thriller voor de vakantie? Aangemoedigd door de gebruikelijke achterflap nonsens heb ik hier wat geld aan gespendeerd. Het begint goed en inventief (hoewel). Man met geheugenverlies vindt nota van zijn vroegere ik, gaat in behandeling, maar raakt stilaan verstrikt in een wereld die hij niet mag betreden, een wereld met conceptuele gevaren. Op zich een leuk gegeven, maar als gaandeweg de grens tussen de reële wereld en de conceptuele wereld vervaagt, wordt natuurlijk alles mogelijk, en verwordt het verhaal tot een doordeweekse thriller met ongefocuste fantasie. Maar niet alles is slecht in de roman. De eerste vijftig bladzijden, en zeker zijn zeer sterke schrijfstijl, samen met de knappe emotionele beschrijvingen van de relatie met zijn overleden vrouw mogen er zijn, maar al die sterke punten houden de roman niet overeind. Jammer.

Monday, August 31, 2009

Tahir Shay - In Arabian Nights (Random House, 2008) ***

Van Brits-Afghaanse origine, vertelt Tahir Shah zijn zoektoch in Marokko naar het wezen van het verhaal, verzamelt hij zoveel mogelijk traditionele verhalen uit de mondelinge overlevering, en gaat hij tevens op zoek naar het verhaal in zichzelf. Een zeer ambitieuze doelstelling, maar zeer onderhoudend gebracht. Echte fictie is dit niet, maar ik denk niet dat alles wat hier wordt beschreven met de werkelijkheid overeenstemt. Ik heb zelf een aantal jaar in Marokko gewoond, wat mijn belangstelling opwekt, en veel van wat hij beschrijft is herkenbaar, maar andere zaken mogen wel met een korrel zout genomen worden. In het boek beschrijft hij hoe hij zich vestigt in de Dar Khalifa, een traditionele riad in the midden van de sloppenwijk van Casablanca. Shah zit blijkbaar goed in de slappe was, want zonder al te veel te werken kan hij zich vier tot vijf man huispersoneel veroorloven. Die zijn wel zijn toegangspoort tot de lokale gemeenschap, samen met het lokale café waar hij de oude wijze mannen leert kennen. Maar dit alles is slechts het kader voor een hele resem oude verhalen uit de voornamelijk Arabische en Perzische traditie die hij te horen krijgt en vertelt. Vandaar de titel. Hij is zelf blijkbaar ook bewust naïef, een eigenaardige karaktertrek die het hem mogelijk maakt om in contact te komen met lokale waarzeggers, honingverkopers en andere djinn-bezweerders, wat natuurlijk een wereld opent die de scepticus nooit zou leren kennen. Hij oordeelt dus niet over deze mensen, maar gaat gewoon met hen mee, luistert, volgt hun raad ook, tot zijn vrouw hem af en toe tot de orde roept. Niet dat hij het echt allemaal gelooft, maar hij vindt het ook leuk om het spel mee te spelen om te zien hoe ver het hem brengt. Maar de tientallen en tientallen verhalen die eigenlijk het gros van het volume innemen, zijn natuurlijk het leukst. Verwijzingen naar de Verhalen van Duizend-en-één Nacht zijn uiteraard legio. Leuk boek, al was het maar als voorbeeld van wat culturele openheid kan inhouden. Anderzijds wordt de Marokkaanse samenleving wel iets te exotisch en pittoresk voorgesteld. Het leven is er natuurlijk wel iets harder.

Friday, August 21, 2009

Atiq Rahimi - Syngué Sabour (P.O.L, 2008) ****

De "Syngué Sabour" in de titel is een "geduldige steen", een magische steen uit de Perzische mythologie waar je al je zorgen aan kwijt kan, en de steen blijft luisteren tot die op een bepaalde dag uiteenspat. Dan zijn al je zorgen verdwenen.

In de roman beschrijft de Afghaanse auteur Atiq Rahimi de situatie in een kamer in een huis, alsof er een vaste camera staat die alles beschrijft wat er te zien en te horen valt. Er ligt een man op vloer, meer dood dan levend. Een vrouw verzorgt hem. Ze heeft een kind. De zorgen die ze de man toedient moeten een vast ritueel, inclusief gebeden, volgen. Buiten woedt de oorlog verder. Wie of wat of waar wordt in het midden gelaten, wat het verhaal iets zeer universeels geeft. De vrouw vertelt aan de bewusteloze man alles, zoals aan de magische steen, maar dan ook alles dat op haar vrouwenhart weegt en dat ze nooit aan iemand zou durven vertellen in normale omstandigheden : haar afschuw van geweld, haar onbegrip voor oorlog, de stommiteit van de mannen, de dwaasheid van religieus fundamentalisme, ... Af en toe grijpt de buitenwereld in op wat er in de kamer gebeurt : de vrouw verdwijnt, komt terug, andere mannen komen, het kind gaat weg, geweerschoten weerklinken, ... maar het perspectief blijft zo statisch als een camera en registreert alles, tot op het eind dat ik niet ga verklappen. Zelden heeft de eenheid van plaats een zo radicaal standpunt gekend als in deze roman, dat een zeer sterk gevoel van ritme en opbouw heeft : alles neemt zijn tijd zonder te vervelen. Maar de mooiste kwaliteit van het boek is de exemplarische stem die "de" vrouw krijgt in zijn boek. Als de echte, maar onzichtbare en onerkende martelaar van al het onzinnige geweld. Sterk.